Gezien worden is belangrijk

BhrDSchieNieuws

In één krant (Trouw van 8 mei 2017) lees ik twee artikelen over het belang van gezien worden. Het eerste gaat over Leo Peelen, een bekende wielrenner (geschreven door Rob Velthuis). De vader en de broer van Leo Peelen waren wielrenners. Omdat Leo in de nabijheid van zijn vader wilde zijn, ging hij meefietsen. In 1988 won hij zilver op de Olympische Spelen en in 1989 brons op de WK. Maar het eerbetoon was vluchtig en hij kreeg geen profaanbieding. Hij voelde zich miskend en stopte op zijn 25ste. Ook in verschillende banen en huwelijken vond hij geen geluk. Pas daarna ontdekte hij wat zijn probleem was.

Zijn vader stelde geen extreme eisen. Wel hield hij zijn zonen voor dat hij alles voor hen deed en dat ze daarom wel hun best moesten doen. Op dat punt was Leo kwetsbaar. Zodra hij het gevoel had dat zijn vader teleurgesteld in hem was, kwam dat keihard binnen. Door het boek ‘De herontdekking van het ware zelf’ van Ingeborg Bosch ontdekte hij: ik ben gaan fietsen om aandacht te krijgen van mijn vader, niet omdat ik het zelf leuk vond. Hij ontdekte dat hij nooit had gedaan wat hij zelf wilde, maar wat hij dacht dat anderen van hem verwachtten en door angst om te falen deed hij de dingen niet met volle overgave.

Die inzichten veranderden hem in een warme man, een betrokken manager en een betere vader voor zijn kinderen. Hij was zichzelf geworden en ging lezingen en cursussen geven voor ouders, trainers en begeleiders. Kinderen mogen ambities hebben om voor hun succes te gaan, maar laat ze zich in vrijheid ontwikkelen. Met plezier, zonder druk of verwachtingen. Waarom zou je succes willen hebben? Succes is niet hetzelfde als geluk. Laat ouders niet hun eigen ambities projecteren op kinderen. Schenk ze geen fiets van 7000 euro, ze zouden niet meer durven bekennen dat ze eigenlijk liever iets anders doen.

Het tweede artikel in dezelfde krant is een interview van Joost van Velzen met de schrijver Walter van den Berg. Met zijn roman ‘Schuld’ was hij genomineerd voor de Libris Literatuurprijs. Walter van den Berg had een vader die hem verwaarloosde en die vroeg overleed. Ook hij zoekt naar erkenning. Waar het uiteindelijk allemaal om draait, zegt hij, is het zoeken naar de erkenning die ik niet van mijn vader heb gekregen. Zijn vader kon geen contact met hem maken, daardoor dacht hij dat hij niet leuk was. Walter van den Berg heeft het gered omdat hij voor zijn moeder moest zorgen en door te gaan schrijven. Dat dwong hem om over zichzelf na te denken en zo kwam hij tot inzicht.

Twee verhalen van heel verschillende mensen, maar in mindere of meerdere mate het verhaal van ons allemaal. Gezien worden, erkend worden, geliefd worden, mogen zijn wie je bent – dat heeft iedereen nodig.

Als christenen weten we ons gezien en erkend. Het is fijn en zelfs belangrijk dat je erkenning krijgt van je ouders en van je omgeving, maar in ieder geval hebben we een herder (zo wordt het genoemd in Johannes 10, vers 1 t/m 18 in termen van de samenleving van zo’n 2000 jaar geleden), die op ons betrokken is, die een persoonlijke relatie met ons heeft, aandacht en zorg aan ons besteedt en vooral: die ons liefheeft zoals wij zijn. Wanneer je die tekst leest ontdek je wat Jezus zegt over zijn liefde voor ons. In de cantate: ‘Schafe können sicher weiden’ van Johann Sebastian Bach horen we hetzelfde met andere woorden: ‘wanneer mijn gedachten zich naar God keren, ontvang ik vrede en tevredenheid’.